Wanneer iemand problemen heeft met spreken, is deze minder goed of slecht verstaanbaar voor zijn omgeving. Hier kan sprake van zijn bij: een vertraagde spraakontwikkeling, articulatieproblemen (zoals binnensmonds of kaakgeklemd spreken), vloeiendheidstoornissen zoals stotteren; zie ook www.stotteren.nl, broddelen (snel en onduidelijk spreken), afwijkend mondgedrag (slappe articulatie, nasaliteitsstoornissen (zoals bij schisis) en een neurologische spraakstoornis (zoals dysarthrie).

Taal zorgt ervoor dat wij contact met elkaar kunnen hebben en onze gedachten en gevoelens kunnen delen. Met taal kunnen we kenbaar maken wat we willen en denken. Voor ieder mens, jong of oud, is taal daarom van groot belang.

Ademen is van levensbelang. Gemiddeld ademen we 12 keer per minuut en gebruiken we ongeveer 8000 liter lucht per etmaal. Wanneer we niet goed ademen kunnen de volgende problemen ontstaan: verkeerde spreekademhaling (met als gevolg vermoeidheid bij spreken), hyperventilatie (snel en oppervlakkig ademen met als gevolg o.a. duizeligheid en ademnood), ademproblemen bij langdurige aandoeningen van de luchtwegen (zoals astma, bronchitis, COPD) en stemproblemen (zoals heesheidklachten).

Bij eten, drinken en slikken zijn tal van spieren betrokken. Er kunnen zich problemen voordoen wanneer de spieren in het mondgebied verslapt zijn, of wanneer het spierevenwicht verstoord is geraakt. Dit kan het gevolg zijn van neurologische problemen of anatomische afwijkingen in het mond-, keel- of halsgebied. Maar ook wanneer er langdurig op speen, duim of vingers is gezogen, kan er een verslapping of verstoring van de spieren zijn opgetreden. Het gevolg kan zijn: open mondgedrag, mondademen en een slappe articulatie met slissen. Aangezien dit gevolgen heeft voor de kaakstructuren en het gebit,  werken wij bij deze problemen samen met de tandarts of orthodontist.